Biologische bladluisbestrijding noodzakelijk in chrysant
Ook in chrysant zijn inmiddels de eerste bladluizen gevonden die moeilijk te bestrijden zijn met chemische gewasbeschermingsmiddelen. Na het onderzoeken van deze bladluis blijkt het ook hier te gaan om de minder voor chemie gevoelige variant van Myzus persicae, de groene perzikluis. Door het veelvuldige en eenzijdige gebruik van chemie, selecteren we continu de sterkste exemplaren, waardoor resistentie in de hand wordt gewerkt. Doordat bladluizen zich zeer snel vermeerderen, gaat ook deze selectie zeer snel. Op verschillende bedrijven zien we de chrysantenluis (Macrosiphoniella sanborni) vaker voorkomen. In de praktijk blijkt deze variant luis ook lastig te bestrijden. Daarnaast staat het pakket aan chemische gewasbeschermingsmiddelen onder druk. Diverse middelen vervallen volgend seizoen en andere middelen zijn niet goed integreerbaar, wat de uitdaging om bladluis te beheersen groter maakt.
Biologische bladluisbestrijders
De druk om bladluisbestrijding op een andere manier aan te pakken neemt toe. Nu chemische opties wegvallen zijn we genoodzaakt om verder te kijken naar biologische oplossingen. Bij Koppert hebben we een breed pakket aan biologische bladluisbestrijders waar we de afgelopen jaren veel ervaring mee hebben opgedaan.
De sluipwespen Aphidius colemani (Aphipar) en Aphidius matricariae (Aphipar-M) en de galmug Aphidoletes aphidimyza (Aphidend) zijn goede zoekers in het gewas. Aphidius matricariae (Aphipar-M) vindt snel de eerste luisplekken en kan al vroeg in het seizoen worden ingezet, want hij is al actief vanaf 15 graden. De mummies van de sluipwespen kunnen tegelijk met de roof- en voermijten verblazen worden over het gewas. De galmug Aphidoletes aphidimyza (Aphidend) kan met koker en al op verschillende punten in de kas worden ingezet.
Voor het uitzetten van de Aphidend kokers hebben we een Aphid-BioStation ontwikkeld waarin de kokers bevestigd kunnen worden. Hierin kan ook de Miglyphus (Diglyphus isaea) koker bevestigd worden. Dit station kan met behulp van magneten vastgezet worden op de hijsligger. Het dakje voorkomt dat de kokers nat worden bij een gietbeurt. De galmuggen en sluipwespen hebben de neiging om naar boven te vliegen als ze uit de koker komen. Op deze manier komen ze het eerst het dakje tegen en gaan vervolgens het gewas in.
Preventief inzetschema; start op tijd
Een preventief inzetschema is noodzakelijk om de bladluisdruk beheersbaar te houden. Als ondersteuning van de natuurlijke vijanden kan er wekelijks gespoten worden met Mycotal. Mycotal is een insectpathogene schimmel (Lecanicillium muscarium) met een preventieve werking tegen bladluis. Uit testen bij Vertify is aangetoond dat Mycotal ook effect heeft op luizen.
Bij een toename van bladluis kan de dosering van sluipwespen en galmuggen verhoogd worden, maar er kunnen ook Chrysopa larven ingezet worden. Dit zijn de vraatzuchtige larven van de gaasvlieg Chrysoperla carnea.
Een voordeel van Aphidend en Chrysopa is dat deze natuurlijke vijanden geen resten van bladluis of mummies van de geparasiteerde luis achterlaten. Bij zoveel mummies op de plant dat het negatieve gevolgen heeft voor de sierwaarde heeft er eigenlijk al te veel bladluis in het gewas gezeten en daarom is het op tijd starten met inzetten zo belangrijk.
Wacht niet tot de gewasbeschermingsmiddelen niet meer werken of er niet meer zijn, maar gebruik deze tijd om ervaringen op te doen. Voor een inzetschema, raadpleeg uw Koppert adviseur of distributeur.