Biologische bestrijding

Biocontrole uitgelegd

Biologische plaagbestrijding, ook wel biocontrole genoemd, is een methode om plagen te bestrijden met behulp van natuurlijke bestrijders, parasitoïden of ziekteverwekkers. Deze aanpak werkt samen met de natuur om het evenwicht van ecosystemen te behouden en gewassen te beschermen zonder gebruik te maken van schadelijke chemicaliën.

Bij biologische plaagbestrijding worden nuttige organismen zoals sluipwespen en roofmijten in landbouwgewassen geïntroduceerd om schadelijke plagen zoals bladluizen, spintmijten, witte vliegen of rupsen te bestrijden of te parasiteren. Als alternatief kunnen microbiële insecticiden, die bestaan uit natuurlijk voorkomende bacteriën, virussen of schimmels, worden gebruikt om specifieke plaagdiersoorten aan te pakken terwijl niet-doelorganismen ongedeerd blijven.

In tegenstelling tot chemische bestrijdingsmiddelen, die schadelijke effecten kunnen hebben op ecosystemen, maakt biologische plaagbestrijding gebruik van de eigen mechanismen van de natuur, zoals roofinsecten- en -mijten, parasieten en nuttige micro-organismen, om plaagdierpopulaties onder controle te houden. Deze aanpak vermindert niet alleen de impact op het milieu, maar minimaliseert ook het risico op resistentie tegen pesticiden, waardoor het een duurzame en effectieve langetermijnstrategie voor plaagdierbeheer is. Omdat consumenten en de detailhandel steeds meer de voorkeur geven aan biologische en milieuvriendelijke producten, zal de vraag naar biologische plaagbestrijdingsmethoden waarschijnlijk toenemen, waardoor het een toekomstgerichte keuze is voor landbouw en plaagbestrijding.

Biologische bestrijdingsmiddelen

Biologische bestrijdingsmiddelen, vaak biocontrolemiddelen genoemd, zijn levende organismen die in de landbouw worden gebruikt om plaagdierpopulaties onder controle te houden en te verminderen. Deze agentia bieden gerichte en milieuvriendelijke oplossingen voor plaagbestrijding. Ze maken deel uit van IPM-strategieën (Integrated Pest Management), die tot doel hebben het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen te minimaliseren terwijl de gewassen gezond blijven en het evenwicht in het ecosysteem behouden blijft. Biologische bestrijders kunnen worden onderverdeeld in verschillende soorten, waaronder roofinsecten en mijten, sluipwespen, nuttige nematoden, nuttige micro-organismen en andere.

Sluipwespen

Sluipwespen zijn een diverse groep insecten die parasiteren op andere insecten en zo hun populaties effectief onder controle houden. Deze kleine wespen leggen hun eitjes in of op de lichamen van gastheren. Als de eitjes uitkomen, voeden de wesplarven zich met de gastheer en doden hem uiteindelijk. Sluipwespen zijn waardevol voor het bestrijden van plagen zoals rupsen, bladluizen en witte vliegen.

Roofmijten

Roofmijten zijn kleine geleedpotigen die zich voeden met plaagmijten en kleine insecten. Ze zijn zeer effectief in het bestrijden van plaagpopulaties zoals spint, witte vlieg en trips. Deze nuttige mijten worden losgelaten in aangetaste gebieden, waar ze hun prooi opeten, waardoor het aantal plagen afneemt.

Roofinsecten

Tot de roofinsecten behoren soorten zoals lieveheersbeestjes, galmuggen en gaasvliegen. Het zijn vraatzuchtige roofdieren die zich voeden met verschillende plagen, zoals bladluizen, witte vliegen, wolluizen en rupsen. Roofinsecten worden vaak gebruikt in de landbouw om gewassen te beschermen tegen insectenplagen.

Nuttige aaltjes

Nuttige nematoden zijn microscopische rondwormen die parasiteren op zowel bodem- als bladplagen. Ze dringen het lichaam van gastheerinsecten binnen en laten bacteriën vrij die de gastheer doden. Deze nematoden zijn doeltreffend tegen plagen zoals engerlingen en rupsen.

Nuttige micro-organismen

Nuttige micro-organismen worden gebruikt als biopesticiden om een groot aantal insectenplagen te infecteren en te doden. Wanneer ze worden toegepast op planten of grond, hechten ze zich aan het lichaam van de plaag, dringen het exoskelet binnen en groeien naar binnen, wat uiteindelijk leidt tot de dood van de plaag. Nuttige micro-organismen zijn vooral effectief tegen plagen zoals witte vlieg, bladluis en trips.

Sluipwespen

Sluipwespen

Sluipwespen zijn een diverse groep insecten die parasiteren op andere insecten en zo hun populaties effectief onder controle houden. Deze kleine wespen leggen hun eitjes in of op de lichamen van gastheren. Als de eitjes uitkomen, voeden de wesplarven zich met de gastheer en doden hem uiteindelijk. Sluipwespen zijn waardevol voor het bestrijden van plagen zoals rupsen, bladluizen en witte vliegen.

Roofmijten

Roofmijten

Roofmijten zijn kleine geleedpotigen die zich voeden met plaagmijten en kleine insecten. Ze zijn zeer effectief in het bestrijden van plaagpopulaties zoals spint, witte vlieg en trips. Deze nuttige mijten worden losgelaten in aangetaste gebieden, waar ze hun prooi opeten, waardoor het aantal plagen afneemt.

Roofinsecten

Roofinsecten

Tot de roofinsecten behoren soorten zoals lieveheersbeestjes, galmuggen en gaasvliegen. Het zijn vraatzuchtige roofdieren die zich voeden met verschillende plagen, zoals bladluizen, witte vliegen, wolluizen en rupsen. Roofinsecten worden vaak gebruikt in de landbouw om gewassen te beschermen tegen insectenplagen.

Nuttige aaltjes

Nuttige aaltjes

Nuttige nematoden zijn microscopische rondwormen die parasiteren op zowel bodem- als bladplagen. Ze dringen het lichaam van gastheerinsecten binnen en laten bacteriën vrij die de gastheer doden. Deze nematoden zijn doeltreffend tegen plagen zoals engerlingen en rupsen.

Nuttige micro-organismen

Nuttige micro-organismen

Nuttige micro-organismen worden gebruikt als biopesticiden om een groot aantal insectenplagen te infecteren en te doden. Wanneer ze worden toegepast op planten of grond, hechten ze zich aan het lichaam van de plaag, dringen het exoskelet binnen en groeien naar binnen, wat uiteindelijk leidt tot de dood van de plaag. Nuttige micro-organismen zijn vooral effectief tegen plagen zoals witte vlieg, bladluis en trips.