Hemiptera

Bladluis

Wat zijn bladluizen?

Bladluizen zijn kleine insecten met een zacht lichaam die behoren tot de superfamilie Aphidoidea. Er zijn meer dan 4.000 soorten bladluizen beschreven en ze komen voor in veel gewassen over de hele wereld. Bladluizen vormen één grote insectengroep: de superfamilie Aphidoidea, die behoort tot de orde Hemiptera. De bladluizen die hier worden besproken behoren allemaal tot de familie Aphididae, een familie met veel soorten die schade veroorzaken in cultuurgewassen.

Bladluizen voeden zich met het sap van planten met behulp van hun doordringende, zuigende monddelen. Ze beschadigen planten door groeistoornissen te veroorzaken, bladeren om te krullen en plantenvirussen over te brengen. Van sommige bladluissoorten is ook bekend dat ze honingdauw afscheiden, een kleverige, suikerachtige substantie die andere insecten kan aantrekken en de groei van roetdauw kan bevorderen.

Play

Levenscyclus van bladluis

Bladluizen hebben een ingewikkelde levenscyclus, met volwassen exemplaren van dezelfde soort die gevleugeld of ongevleugeld zijn, afhankelijk van de omstandigheden. Een volwassen bladluis zonder vleugels wordt apteer genoemd en een bladluis met vleugels alaat. Alaten hebben twee paar vleugels, waarvan het ene paar veel groter is dan het andere.

Gedurende een groot gedeelte van het seizoen bestaat een bladluizenpopulatie uit levendbarende vrouwtjes. Door de ongeslachtelijke voortplanting zijn alle nakomelingen genetisch identiek aan de moeder. Het zijn dus klonen. Hierdoor kunnen verschillende eigenschappen, zoals kleurvormen of resistenties tegen chemische middelen, naast elkaar blijven bestaan en treedt er geen vermenging op. De jonge bladluizen worden geboren als volledig ontwikkelde nimf en beginnen onmiddellijk met het opnemen van plantensap. Ze groeien snel en vervellen vier keer voordat ze volwassen worden. De opvallende, witte vervellingshuidjes die hierbij ontstaan, kunnen de aanwezigheid van bladluizen verraden.

Er zijn twee typen bladluissoorten: soorten die wel en soorten die niet in de winter van waardplant wisselen. Soorten die van waardplant wisselen, planten zich ongeslachtelijk voort op hun zomerwaardplant en verhuizen in het najaar vervolgens naar hun winterwaardplant, waarop ze zich geslachtelijk voortplanten en eieren leggen die overwinteren. De zomerwaardplanten zijn kruidachtige of houtige gewassen, terwijl de winterwaardplanten houtig en winterhard zijn. Ook de bladluizen die niet van waardplant wisselen, paren in het najaar en leggen eieren die daarna overwinteren. Wanneer er sprake is van paring en eileg, wordt de ontwikkeling holocyclisch (volledig) genoemd. In de kas wisselen bladluizen vaak niet van waardplant en leggen ze geen eieren. Dan planten ze zich ook in de winter ongeslachtelijk voort, waarbij onbevruchte levendbarende vrouwtjes nieuwe generaties met vrouwtjes voortbrengen. Dit wordt een anholocyclische (onvolledige) ontwikkeling genoemd. In sommige kasgewassen met zeer lage wintertemperaturen (bijv. aardbei) blijken bladluizen soms wel eieren te leggen.

Bladluis herkennen

Bladluizen kunnen worden geïdentificeerd aan de hand van de volgende kenmerken:

  • Grootte en vorm: Bladluizen zijn kleine insecten met een zacht lichaam die meestal minder dan 6 mm lang zijn. Ze hebben een peervormig lichaam met lange antennes en twee buisvormige structuren die tuberkels worden genoemd op hun achterste.
  • Kleur: Bladluizen kunnen verschillende kleuren hebben, waaronder groen, geel, zwart, bruin, roze of rood, afhankelijk van de soort en het stadium van ontwikkeling. Sommige soorten kunnen opvallende markeringen of strepen op hun lichaam hebben.
  • Beweging: Bladluizen bewegen langzaam en hebben de neiging om zich te groeperen aan de onderkant van de bladeren, waar ze zich voeden met plantensap. Ze kunnen ook gevonden worden op stengels, knoppen, bloemen en fruit.
  • Schade: Bladluizen kunnen schade veroorzaken aan bladeren, stengels en bloemen door het plantenweefsel te doorboren en het sap eruit te zuigen. Dit kan leiden tot groeiachterstand, omkrullen of vervormen van de bladeren, vergeling of verkleuring. Ze kunnen ook een suikerachtige substantie uitscheiden, honingdauw genaamd, die andere insecten kan aantrekken en kan leiden tot de groei van een zwarte roetdauwschimmel.

Soorten bladluis

Enkele veel voorkomende soorten bladluizen zijn:

  • Groene perzikluis (Myzus persicae): Dit is een van de meest voorkomende en wijdverspreide bladluissoorten, die zich voedt met een breed scala aan waardplanten, waaronder perzik, aardappel en tabak. De groene perzikluis kan meer dan 100 plantenvirussen overbrengen, waardoor het een belangrijke plaag is voor veel gewassen.
  • Katoenluis (Aphis gossypii): deze soort komt voor in warme en vochtige gebieden en is een extreem polyfage bladluis. Ze komt voor op meer dan 700 plantensoorten, waaronder katoen, citrus, koffie, komkommer, meloen, paprika, chrysant en vele andere gewassen.
  • Zwarte bonenluis (Aphis fabae): Deze soort komt overal in de gematigde streken van de wereld voor en is een belangrijke plaag voor bonen en andere peulvruchten. De zwarte bonenluis kan aanzienlijke schade toebrengen aan gewassen door zich te voeden met het plantensap en plantenvirussen over te brengen.
  • Appelbloedluis (Eriosoma lanigerum): Deze soort komt voor op appel- en andere fruitbomen en staat bekend om haar witte, wollige uiterlijk. De wollige appelluis kan schade aan fruitbomen veroorzaken door zich te voeden met het plantensap en plantenvirussen over te brengen.

Bladluis voorkomen

Om bladluisplagen in gewassen te voorkomen, kun je verschillende preventieve maatregelen nemen:

Goede gewashygiëne

Houd de groeiplaats schoon en vrij van onkruid, afval en plantenresten die bladluizen kunnen herbergen. Verwijder regelmatig aangetast plantaardig materiaal en voer het af.

Controleer je gewassen regelmatig

Controleer planten op vroege tekenen van bladluizen, zoals omgekrulde bladeren, vervormde groei of de aanwezigheid van de insecten zelf. Vroegtijdige detectie maakt snelle actie mogelijk om te voorkomen dat de plaag zich verspreidt. Vangplaten kunnen strategisch in het groeigebied worden geplaatst om vliegende bladluizen te vangen en een indicatie te geven van hun populatieniveau.

Door deze preventieve maatregelen te implementeren, kun je het risico op bladluisplagen aanzienlijk verminderen en gezondere gewassen behouden.

Play

Video's over de bestrijding van bladluis

Bekijk de video of ga naar ons YouTube -kanaal om onze bestrijdingsproducten voor bladluis in actie te zien.

Bladluis biologisch bestrijden

Bladluizen kunnen aanzienlijke schade veroorzaken aan gewassen en biologische bestrijding is een effectieve en duurzame methode om hun populaties te beheersen. Nuttige insecten zoals sluipwespen, lieveheersbeestjes en gaasvliegen kunnen worden gebruikt om bladluizen te bestrijden.

Sluipwespen

Sluipwespen leggen hun eitjes in de bladluishaard, die uiteindelijk de gastheer doodt. De sluipwespen Aphidius colemani (Aphipar), Aphidius matricariae (Aphipar-M), Aphidius ervi (Ervipar), Praon volucre, Ephedrus cerasicola (Aphiscout) en Aphelinus abdominalis (Aphilin) zijn vrij gastheerspecifiek en vooral de Aphidius-soorten zijn geschikt om bij een vroege aantasting uit te zetten.

Natuurlijke vijanden

Natuurlijke vijanden zoals de galmug Aphidoletes aphidimyza (Aphidend), het lieveheersbeestje Adalia bipunctata (Aphidalia) en de gaasvlieg Chrysoperla carnea (Chrysopa, Chrysopa-E) zijn meer geschikt voor de bestrijding van dichte kolonies bladluizen. Ze zijn minder gespecialiseerd en kunnen vaak grote hoeveelheden bladluizen opruimen in korte tijd.

Entomopathogene schimmels

Bovendien kunnen entomopathogene schimmels, zoals Lecanicillium muscarium (Mycotal) bladluizen infecteren en bestrijden.

De beste plaagbestrijding wordt meestal bereikt door een combinatie van verschillende natuurlijke vijanden, aangepast aan de situatie.

Het laatste nieuws over bladluis

Hulp nodig?