Amblyseius swirskii

Amblyseius swirskii is een roofmijtensoort die veel gebruikt wordt voor biologische plaagbestrijding. De roofmijt is een uitstekende natuurlijke vijand van trips en witte vlieg. Amblyseius swirskii kan ook overleven op stuifmeel en andere prooien en kan zich in het gewas vestigen voordat de plaag aanwezig is. Deze roofmijten worden ingezet als onderdeel van IPM-strategieën en bieden een duurzaam en milieuvriendelijk alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen.

Play

Biologische bestrijding Amblyseius swirskii

Amblyseius swirskii wordt gebruikt voor de bestrijding van de volgende plagen:

Amblyseius swirskii mijten zijn actief op zoek naar jonge larven van verschillende tripssoorten en eieren en larven van witte vlieg. Door meerdere levensstadia van deze plagen te consumeren, bestrijdt Amblyseius swirskii effectief trips en witte vlieg.

Voedingsgedrag van Amblyseius swirskii

De roofmijt prikt een prooi aan en zuigt de inhoud eruit. Naast tirps en witte vlieg eet Amblyseius swirskii ook diverse andere kleine organismen, zoals spintmijt en weekhuidmijten. Ze kunnen zich ook voeden met stuifmeel, wat handig is in bijvoorbeeld paprika, aangezien de roofmijt zich in het gewas kan vestigen voordat de plaag verschijnt. Amblyseius swirskii eet met name eerste instar larven van trips en jonge eieren, pas uitgekomen larven (‘crawlers’) en wittevlieglarven van het tweede stadium. Bij 25°C onder optimale omstandigheden legt een volwassen vrouwtje Amblyseius swirskii 2,3 eieren per dag met kaswittevlieg eieren (Trialeurodes vaporariorum) als prooi. Onder dezelfde omstandigheden kan de roofmijt 4 larven van de Californische trips (Frankliniella occidentalis) per dag consumeren en 1,4 eieren per dag leggen op deze prooi.

Life cycle of Amblyseius swirskii
Life cycle of Amblyseius swirskii

Levenscyclus van Amblyseius swirskii

De levenscyclus van Amblyseius swirskii bestaat uit ei, larve, protonimf, deutonimf en adult. De eieren worden gelegd aan de onderkant van de bladeren, meestal in de nerfoksels. Ze zijn ovaal, wit en ongeveer 0,14 mm in doorsnede. De larven hebben zes poten, hebben dezelfde kleur als de eieren en zijn slechts enigszins groter. De larven van Amblyseius swirskii hoeven niet te eten. De nimfen zijn groter dan de larven, hebben acht poten en zijn witachtig geel van kleur. De volwassen mijten hebben acht poten, zijn doorschijnend wit van kleur en hebben een plat, langwerpig lichaam. Ze zijn ca. 0,4 mm groot. De mannetjes zijn kleiner dan de vrouwtjes. De mijten zijn zeer beweeglijk en zoeken actief naar voedsel aan de onderkant van de bladeren. Ze verzamelen zich vaak in de bladnerfoksels om te rusten. Hun kleur varieert naargelang de prooi die ze eten, van bijna doorzichtig wit tot ondoorzichtig wit of geel. Door hun formaat en kleur zijn ze lastig te vinden in het gewas.

Beste omstandigheden voor het gebruik van Amblyseius swirskii

Amblyseius swirskii is het meest effectief bij temperaturen tussen 20 en 32°C (68 en 90°F). Deze is niet effectief bij temperaturen lager dan 18°C/64°F. Amblyseius swirskii is gevoelig voor een relatieve luchtvochtigheid lager dan 60%.

In tomaat wordt het gebruik van Amblyseius swirskii niet aanbevolen, omdat het wordt gehinderd door de klierharen op de stengels en bladeren en geen populatie opbouwt.

Play

Amblyseius swirskii in flessen

De roofmijt Amblyseius swirskii is verkrijgbaar in een fles(Swirski-Mite).

  • De fles licht draaien en schudden vóór gebruik
  • Druk op het midden van de dop om de doseeropening te openen
  • Uitstrooien op bladeren of in DIBOX
  • Zorg dat het materiaal na introductie minimaal enkele uren blijft liggen
  • Kan ook worden toegepast met (Mini)-Air(o)bug

De dosering van Swirski-Mite hangt af van het klimaat, het gewas en de plaagdruk en moet steeds aan de specifieke situatie worden aangepast. Begin met de introductie zodra de eerste plaaginsecten in het gewas worden waargenomen. De introductiedoseringen variëren gewoonlijk tussen 25-300 per m2/uitzetting. Het uitzetten dient indien nodig te worden herhaald. Raadpleeg een consultant van Koppert of van een erkende distributeur van Koppert-producten voor advies over de beste strategie voor uw situatie.

Play

Amblyseius swirskii in kweekzakjes

De roofmijt Amblyseius swirskii is ook verkrijgbaar in kweekzakjes (Swirski-Mite LD, Swirski-Mite Plus, Swirski Ulti-Mite). In dit geval vermenigvuldigen de roofmijten zich in het zakje en verspreiden ze zich in het gewas over een periode van enkele weken.

  • Zakjes ophangen op beschutte plekken in het gewas, niet in direct zonlicht
  • Zakjes zijn al voorzien van een uitloopgaatje
  • Zakjes alleen vastpakken aan de kartonnen rand aan de bovenzijde van de verpakking om beschadiging van de roofmijten te voorkomen

De dosering van Swirski-Mite LD, Swirski-Mite Plus, Swirski Ulti-Mite hangt af van het klimaat, het gewas en de plaagdruk en moet steeds aan de specifieke situatie worden aangepast. Begin preventief met de introductie of zodra de eerste plaaginsecten in het gewas worden waargenomen. Gebruik ten minste 4.000 zakjes per ha en hang ze steeds met evenveel tussenruimte in het gewas. Het uitzetten moet na 4 weken worden herhaald als de plaag niet onder controle is. Raadpleeg een consultant van Koppert of van een erkende distributeur van Koppert-producten voor advies over de beste strategie voor uw situatie.