Wanneer is goed, goed genoeg?
Aan de Nederlandse glastuinbouw worden hoge eisen gesteld. Door de wetgever, door afnemers en ook de telers zelf leggen de lat hoog. De kwaliteit moet super zijn, niet te veel chemische middelen gebruiken, minder plastic, duurzaam produceren op het gebied van energie en het moet uiteraard ook nog wat opleveren en mag niet te veel kosten.
Ik kom veel bij potplantentelers. Zij hebben de grote uitdaging te zorgen dat het gehele gewas zonder schade en van goede kwaliteit van de tuin af gaat richting klanten en ook thuis bij de consument een goede houdbaarheid heeft. Het aantal potplantentelers die de stap maakt om met biologische gewasbescherming aan de slag te gaan wordt gelukkig steeds groter. Er is een groep van kwekers die al jarenlang naar tevredenheid werkt met biologie, dus die ervaring is al ruimschoots bij Koppert aanwezig. Samen met de telers die al langer met biologische oplossingen bezig zijn, proberen we steeds een stapje verder te gaan om het aantal chemische middelen verder terug te dringen, zeker die middelen die door afnemers niet langer geaccepteerd worden.
Gezond wortelstelsel
Daarnaast werken we aan het optimaliseren van de effectiviteit van natuurlijke vijanden. Denk daarbij aan bijvoeren en slimme uitzettechnieken. Maar de grenzen van wat met natuurlijke vijanden haalbaar is zien we voor sommige plagen ook in zicht komen. Wat is dan nog dat stapje extra dat gezet kan worden om toch verder te komen? Een gezond en weerbaar gewas! Klanten beginnen hier steeds vaker zelf over en zijn actief op zoek naar kennis. Voor potplanten zorgt de combinatie Trianum en Vidi Parva voor een actief en gezond wortelstelsel, de basis voor alle plantengroei. Steeds vaker trek ik, als consultant voor de biologische gewasbescherming, de pot van de plant om te kijken naar de wortelontwikkeling. Het is gaaf om te ervaren dat ik daar, samen met telers, een stap in kan maken. Dus goed is niet gauw goed genoeg. Het kan altijd beter, optimaler, natuurlijker. Een plant die bovengronds en ondergronds in balans is, reageert beter op externe factoren, groeit regelmatiger en gezonder. Waardoor de plant zelf ook een bijdrage levert aan de eisen die wij eraan stellen: minder aantrekkelijk voor plagen en minder vatbaar voor ziekten en daardoor minder vaak chemisch ingrijpen.