De wintertijd is weer ingegaan en we merken allemaal dat het weer vroeg donker is. Ook in de kassen is er verandering. Ondanks verwarming en belichting merken plagen en natuurlijke vijanden wel degelijk veranderingen van het daglichtspectrum en de koudere nachten.
Met name trips, spint en witte vlieg kunnen in herfst en winter in de kas blijven sluimeren en in het vroege voorjaar ineens toenemen. De aantasting lijkt dan plotseling te komen maar was waarschijnlijk al langere tijd in de kas op een laag niveau aanwezig.
De herfst is het jaargetijde waarin vaak een aantal correcties op met name trips en rupsen plaatsvindt. Het plaagniveau is dan gedaald, wat een goede ingang voor de winter is. Immers de plagen komen nu niet meer van buiten naar binnen doordat de ramen minder vaak open staan en de trips druk immers buiten er niet meer is.
Wat echter ook speelt, is dat de Swirskii of Limonicus en Phytoseiulus populatie hierdoor behoorlijk gedaald is. Als de introductie van de natuurlijke vijanden op een gematigd interval komt, kan het gebeuren dat er te weinig roofmijten rondlopen om schommelingen in plaagdruk op te vangen. Dat komt vaak voor in januari als de oostenwind waait. Dat zorgt voor een schraler klimaat in de kas, waardoor spint op komt zetten. Als er dan te weinig Phytoseiulus zit, kunnen spintplekken snel uit de hand lopen.
Zorg dat er goed gescout wordt op zowel plaag als aanwezigheid van roofmijten en andere natuurlijke vijanden, en pas bij lage aanwezigheid de inzetaantallen aan. Zo voorkomt u verrassingen.
Auteur: Muriel Klein-Beekman, sierteeltconsultant