Wat is grote frambozenluis?
De grote frambozenluis (Amphorophora idaei) is de belangrijkste bladluissoort die voorkomt op framboos in Europa. Framboos is zijn enige waardplant.
Levenscyclus en uiterlijk van de grote frambozenluis
Bladluizen hebben een ingewikkelde levenscyclus, met zowel gevleugelde als ongevleugelde adulten. De bladluizen vertonen ook een grote verscheidenheid in kleur. In kassen planten ze zich ongeslachtelijk voort, waarbij onbevruchte levendbarende vrouwtjes steeds nieuwe generaties met vrouwtjes voortbrengen. Bladluizen vervellen vier keer voordat ze het volwassen stadium bereiken. Elke keer blijft er een witte vervellingshuid achter die hun aanwezigheid in het gewas verraadt.
De vleugelloze vrouwtjes van de grote frambozenluis zijn 2,6-4,1 mm groot, bleek- tot geelgroen met lange antennen, poten en sifonen. De cauda is kort en driehoekig.
Aan de voet van vegetatieve stengels legt de grote frambozenluis overwinterende eieren, die uitkomen in het voorjaar. Na het uitkomen voeden de bladluizen zich voornamelijk aan de onderkant van de bladeren en beginnen ze zich ongeslachtelijk voort te planten. Ze zijn uitermate mobiel en laten zich van de plant vallen als ze gestoord worden. Gevleugelde bladluizen verschijnen meestal in juni en juli en trekken naar nieuwe stengels of waardplanten, waar ze weer vleugelloze bladluizen voortbrengen. Van oktober tot december verschijnen er weer gevleugelde bladluizen. Deze leggen de wintereieren.
Schade door grote frambozenluis
Grote frambozenluizen bereiken zelden populaties die groot genoeg zijn om de opbrengst te verminderen door rechtstreekse schade door voeden. Het grootste probleem is de verspreiding van diverse frambozenvirussen door de bladluizen.