Schade door varenrouwmug
De larven van varenrouwmuggen voeden zich voornamelijk met dood organisch materiaal en de schimmels die daarop groeien, maar sommige soorten kunnen ook levend plantenmateriaal eten. De volwassen muggen geven de voorkeur aan een vochtige omgeving en worden aangetrokken tot allerlei al dan niet ziekteverwekkende micro-organismen om er hun eieren bij te leggen.
Indirecte schade wordt veroorzaakt doordat de larven schimmelziekten zoals Fusarium, Botrytis en Verticillium overbrengen van zieke naar gezonde planten.
Directe schade ontstaat wanneer de larven aan de wortels van jonge planten knagen. Jonge larven voeden zich voornamelijk met rottend plantenmateriaal, en met algen en schimmels die in of op de grond aanwezig zijn. Ze kunnen echter ook wortelharen en zacht wortel-, stengel- en bladweefsel eten. Latere stadia kunnen zelfs eten van plantenstengels. De aangevreten plekken zijn invalspoorten voor allerlei pathogene schimmels. Doordat de larven zich nauwelijks verplaatsen, komt afsterving meestal pleksgewijs voor. Jonge planten die veel water krijgen en vochtig blijven, lopen extra gevaar.